Veel van wat we weten over de geschiedenis van Erve’t Putke hebben we te danken aan het Mr. W.J. Engels van Beverfordefonds, de navolgende tekst komt uit deze bron.
In de geschiedenis van Twente speelden de bisschoppelijke hoven een belangrijke rol. De Duitse keizer benoemde de bisschoppen van Utrecht en beleende hen met landerijen. De bisschoppen verwierven in de loop der eeuwen vele landerijen. Het ging daarbij meestal om boerderijen die bewoond werden door horigen. Deze horigen gebruikten de hoeve van de heer tegen betaling van pacht en bovendien moesten zij persoonlijk diensten verrichten voor hun heer. Om het beheer van die bisschoppelijke hoven goed te regelen, werden hofmeiers aangesteld. In 1612 duikt voor het eerst de naam Van Beverforde op als hofmeier, Reint van Beverforde. Daarna volgde een lange periode waarin de familie Van Beverforde fungeerde als hofmeier en waarin vele landerijen in eigendom werden verworven. Hierbij ging het om losse percelen, enkele boerderijen, bossen en tuinen bij de stad Ootmarsum. Wennemar Jan Engels van Beverforde was een van de laatst overgeblevenen van de familie Van Beverforde; hij werd geboren op 12 april 1839 en woonde in Ootmarsum, waar hij advocaat en procureur was. Later vertrok hij naar Zutphen, waar hij op 17 juli 1914 overleed. Hij was ongehuwd en bepaalde dat na de dood van zijn zuster Hendrika Antonia Engels het familievermogen in zijn geheel zou worden vermaakt aan de Overijsselsche Landbouw Maatschappij (O.L.M.) ter vorming van het Mr. W.J. Engels van Beverfordefonds, nu een stichting. Dit onder voorwaarde dat het bezit in stand gehouden moest worden en dat de revenuen ten goede zouden komen aan de landbouw in Twente. Toen Hendrika Antonia Engels tenslotte in 1917 overleed, gingen haar bezittingen zoals vermeld in haar testament over naar de OLM.
In 1967 verkocht de OLM Erve ‘t Putke met daarop een vervallen boerderij aan bioloog Ben van Dongen en zijn vrouw Marijke van Dongen-Mahieu. Oktober 2016 overleed Marijke en in april 2019 Ben. Ivo van Dongen en zijn partner Annette Visser zijn sinds januari 2020 de nieuwe bewoners van het erf.
Het erf is op diverse (historische) kaarten terug te vinden. Op de eerste kaart uit 1797 is er nog open ruimte, op de tweede en derde kaart uit 1864 (TMK 1850) staat de boerderij al ingetekend. Bron: Provincie Overijssel, Cultuurhistorische waardenkaart.
Van het gebied rond Ootmarsum is ook nog een kaart uit 1545 te vinden van Jacob van Deventer, zelfs Erve ‘t Ribbert (oprichting 1750) is er dan nog niet. Over dit erf is trouwens een boeiend boek geschreven: Erve ‘t Ribbert te Ootmarsum : “de geschiedenis van een Twentse hoeve” / G.J. Ribbert
Stadsplattegrond Ootmarsum, Jacob van Deventer 1545
In het zeer interessante boekje De boeiende nalatenschap van een Twents Jufferke, de historie van het Mr. W.J. Engels van Beverfordefonds van Hans Siemes, staat op pagina 90 het volgende over Erve ‘t Putke geschreven.
Toen de OLM de boerderij met bijbehorende grond erfde, wist ze niet dat het een lot uit de loterij was. Op dit bedrijf bleek heel veel fosforiet te liggen, de minerale gesteenten die vanaf 1918 het fonds veel geld opleverden.Dat kon het fonds goed gebruiken nadat de belast ingdienst een forse aanslag aan successierechten had opgelegd, die OLM en het fonds aan het wankelen brachten. Van de eerste pachter, Dijkhuis, is niet zoveel bekend. Hij was de schoonvader van G. Veldscholten, die in 1931 als pachter het roer overnam. ‘Het gaat deze pachter niet slecht’, blijkt uit het rapport van secretaris Keijser. De verkoop van consumptieaardappelen naar Almelo bracht behoorlijk geld op. De boerderij en de varkensschuur werden opgeknapt en zelf bouwde de nieuwe pachter een kapschuur. Ook sloeg hij zelf aan het ontginnen, eerst een klein perceel en daarna zo’n 1,5 hectare heide. Het fonds ‘beloonde’ dat door twaalf jaar lang voor die grond geen pacht te vragen.
Noordzijde 1960, De naar elders verplaatste wagenschuur Bron: Beeldbank Heemkunde Ootmarsum
West zijde 1960, Varkensschuur Bron: Beeldbank Heemkunde
Zuidoostzijde vóór 1965. Bron: Beeldbank Heemkunde Ootmarsum
Noordzijde, 1967. Foto: Ben van Dongen
1967 Zuidzijde. Bij de herbouw van de boerderij bleven delen intact zoals ook een deel van de achtergevel
Oostzijde schuur 2024, Foto Herman Steigstra
Gevelsteen Erve ‘t Putke. Particulier bezit
Zeker is dat er in het Archief van het Mr. W.J. Engels van Beverfordefonds nog veel valt te ontdekken. Een deel van de informatie is digitaal toegankelijk gemaakt bij archieven.nl; hier kunnen we lezen dat de boerderij in 1935 is verbouwd. Het is waarschijnlijk ook toen geweest dat bij de boerderij, van het type hallehuis , het ankerbalkgebinte voor een deel is verlaagd. Mogelijk is van deze verbouwing ooit melding gemaakt in de gemeentelijke archieven van de gemeente Ootmarsum; deze gemeente is later opgegaan in de gemeente Dinkelland.
De Ben Morshuis Stichting heeft een boeiend boek uitgegeven: Woar bin ie d’r een van. Auteurs zijn Harry oude Elberink, Ben Morshuis en Hans Bolscher. Op pagina 602 wordt ook Erve ‘t Putke genoemd.
Een belangrijke bron van informatie is zeker ook Heemhuis Ootmarsum. Wanneer men op Google intikt ‘Heemhuis Vasserweg 17 Ootmarsum’, komt men op de volgende pagina https://www.heemkunde-ootmarsum.nl/wie-woonde-waar/962/4562/
Het is verbluffend wat Herman Steigstra en zijn partner Lizette Velthuis allemaal hebben kunnen uitvinden over Erve ‘t Putke. Van de oorspronkelijke bewoners tot en met de historische kadastrale gegevens…..We zijn hen daar zeer erkentelijk voor. De navolgende tekst is overgenomen van deze door Herman beheerde website.
De hofmeier Antony Vosding van Beverforde (1756-1833) was aan het begin van de 19e eeuw de eigenaar van de boerderij die hier toen lag. Het kadastrale nummer was A373. De boerderij is gebouwd na 1797 en werd verpacht.
Op de kadastrale kaart uit 1797 is zuidoostelijk van Erve ‘t Putke op de “Binnenesch” nog een boerderijtje ingetekend, dat ook eigendom was van van Beverforde (kadastraal A856). Deze boerderij is gesloopt in 1867. Wellicht heeft de eerste pachter van Erve ‘t Putke hier zijn boerderij gehad. Op diezelfde kaart was dit erf nog niet ingetekend en is dus waarschijnlijk pas daarna gebouwd.
Na zijn overlijden in 1833 (Antoni bleef ongehuwd) werden zijn nichtjes Anna (1805-1870) en Antonia Droghoorn (1810-1847) de nieuwe eigenaressen. Hun zus Wennemara Louise Dröghoorn (1807-1881) was in 1830 getrouwd met Hendrik Engels (1794-1860) en hij voegde er in 1832 ter bezegeling van de familierelatie de naam van Beverforde toe aan zijn naam: Hendrik Engels van Beverforde. Hendrik en zijn vrouw Wennemara werden later de eigenaren van de onroerende goederen.
In 1857 werd achter de boerderij een nieuwe gebouwd en de oude afgebroken. Het kreeg het nieuwe kadastrale nummer A1484.
Na het overlijden van Hendrik Engels van Beverforde in 1860 werd zijn weduwe Wennemara Louise Dröghoorn de nieuwe eigenaresse.
In 1880 wordt de woning opnieuw herbouwd en kreeg het kadastrale nummer A1962. Er werd ook een varkensschuur gebouwd (110 m2) met het kadastrale nummer A1961.
Na het overlijden van Wennemara Louise Dröghoorn werden hun drie kinderen de eigenaren: Wennemar Jan Engels van Beverforde (1839-1914), Gerhard Hendrik Engels (1841-1928) en Hendrika Antonia Engels (1843-1917) (Engels’ Jufferke).
Gerhard Hendrik emigreerde naar Australië en Wennemar Jan overleed in 1914 en dus werd Hendrika Antonia de laatste eigenaresse van al het onroerend goed van de familie Engels.
Na haar overlijden in 1917 werd de Overijsselsche Landbouw Maatschappij (de O.L.M.) de nieuwe eigenaar. Er werden in de loop der jaren verschillende verbouwingen uitgevoerd. In 1965 werden alle omliggende percelen samengevoegd (A3375 ) en een perceel rondom de boerderij werd weer afgesplitst als kadastraal nummer A3395 .
Noot: De karakteristieke schuur (indertijd ingetekend op perceel 1961) heeft nog een gaaf gebinte. Van diverse kanten wordt gemeld dat het gebinte eigenlijk te zwaar is voor een schuur, het past eerder bij een woonhuis. Omdat het gebinte mogelijk al zo’n 400 jaar oud is en omdat het er op lijkt dat het geheel ooit groter was, kan het zijn dat de schuur bestaat uit een deel van de boerderij die ooit op het bovengenoemde perceel A856 heeft gestaan.
Google Luchtfoto 2024. Linksonder de locatie van perceel A856, midden boven de boerderij van
familie Bruns-Oude Vrielink en rechtsboven de plek waar de schuur op Erve ‘t Putke staat
Hoi Ivo.
Complimenten met je geweldige werk voor de flora en fauna in de directe omgeving van je prachtige boerderij.
Ik was al een tijdje niet meer op je website geweest en ben onder de indruk van de opzet
Interessante informatie en prachtige filmpjes van de broedkasten en hun “bezoekers”.
Het was een genot om je website te bezoeken.
Tot gauw
Dag Ivo,
Prachtige site, mijn complimenten! Veel geleerd over mijn roots.